Vijf vragen aan leden van het Ives Ensemble ter kennismaking. Deze keer: Jan Bastiani
Wat is je eerste herinnering aan muziek?
Mijn eerste herinnering is een concert van de Koninklijke Fanfare Wilhelmina Heerde die een bewerking speelt van de ouverture uit La Sforza del Destino van Verdi. Lange tijd herinnerde ik me deze muziek, pas veel later wist ik wat het orkest nou echt speelde. Mijn vader speelde bij deze uitvoering trompet, jaren later zou ik zelf bij dit orkest mijn eigen muzikale leven beginnen.
Welk(e) instrument(en) bespeel je?
Tenortrombone en alttrombone, maar dan wel het liefst in zo veel mogelijk verschillende muzieksoorten en bezettingen, van oude muziek, klassiek en symfonisch, tot jazz en hedendaags.
Welk stuk of welke componist speel je het liefst?
Eigenlijk heb ik niet een echte continue voorkeur, de afwisseling is het interessantst. Mijn voorkeuren schuiven dan ook in de breedte van het muzikale spectrum. Belangrijk vind ik wel dat iets me echt raakt, of het nu muziek, mensen, eten, wijn of wat dan ook is; ik word geraakt door gevoel, zuiverheid, betrokkenheid en passie.
Wat is er leuk aan het spelen in het Ives Ensemble?
Spelen in het Ives Ensemble gaat voor mij over communicatie. Communicatie tussen de spelers onderling in repetitieproces en gedurende concerten; hoe krijgen wij zonder dirigent een werk ingestudeerd, wat gebeurt waar, wie doet wat waar, hoe speelt die Ivesiaan met wie je al jarenlang samenspeelt zijn frase, etc., analyseren, anticiperen, luisteren, reageren, aanpassen. Communicatie tussen ensemble en publiek; directer is niet mogelijk, er is geen sprake van een dirigent als extra schakel in het proces die letterlijk tussen spelers en publiek in staat. Het publiek ziet, voelt en hoort de directe communicatie van het ensemble.
Waar lig je wakker van?
De toenemende mate van oppervlakkigheid in de maatschappij en het bijkomend nuancegebrek, opportunisme, oneerlijkheid en uitsluiting.